De oude dorpskerk met zijn spitse toren
Het roestig haantje staat erbovenop
De band met het dorp is hij al verloren
Na zijn verhuizing kwam dat tot een stop
Zijn leven verandert, dat is geen strop
En klokgelui wil hij niet langer horen
Als kind werd hij in een dorpje geboren
In datzelfde dorpje groeide hij op
Hij laat zich nu niet langer ringeloren
Als volwassen man met een goeie job
Geen kind meer, geen emoties in zijn kop
Alleen ’s nachts, komen die zijn rust verstoren
Zijn jongenslach kon moeders hart bekoren
En vader vertelde graag een goeie mop
Sonnet, Nijmeegs
Mijn kindertijd lijkt pas zo kort geleden
Alsof ik gisteren in slaap ben gegleden,
even droomde en nu weer wakker word,
die droom blijkt nu mijn verleden!
De zwart geteerde schuur staat aan het einde
van het tuinpad. De schuifdeur staat wijd open.
Een volgeladen lorrie rijdt naar binnen
het sorteerwerk is hier al vroeg gestart.
De geur van zweet en van tomatenkistjes.
De mannen werken hard; voor veilingtijd
moet de klus geklaard. De oude truck wordt
geladen met tomaten, groot en klein.
De veilinghal is koud en vol geluiden,
geuren van uitlaatgassen, oogstproducten,
echo’s van mensen die elkaar begroeten,
vrachtwagens worden hier weer uitgeladen.
Dan wachten, hopend op een goede prijs,
voor het dagelijks werk een karig loon.
De truck rijdt weer naar huis; de glazen kassen
wachten vol groen en rood en arbeidstijd.
De doden en het leven dat zij leefden
Wij kennen en ervaren hen nog goed
Het zit ons als het ware in het bloed
Met alles wat wij aan hen beleefden
Wij voelden dat onze handen beefden
Bij menig afscheid, menig laatste groet
En voelen nu nog steeds die warme gloed
Van hoe vast wij aan elkander kleefden
Ach mensen, wij hebben niets te kiezen
Helaas aan ‘t sterven staan allen wij bloot
En ook óns aller einde komt eraan!
Maar weet dat wat wij vrezen te verliezen
Aan die machtig sterke armen van de dood
Toch in ‘s levensbloed zal blijven voortbestaan!
Alleen in het hart van de ander
kun je jezelf echt zien,
dat het goddelijke in je huist
ontdek je dan ook nog bovendien.
HV
Remember, only in another person’s heart can you truly see yourself and the presence of God within you. (Forty Rules of Love – Elif Shafak).