Wij lopen samen door die mooie straten
Onze levens versmolten met elkaar
Je bent nu weg, ik ben in alle staten
Zeg toch waar je bent, maak een klein gebaar
Ik zal je blijven missen, reken maar!
Verdriet verdooft me, mij kan niets meer baten
Ik hou van jou en zal je nooit verlaten
Mijn liefde groeit en bloeit op dit trottoir!
Waarom toch, heb je mij alleen gelaten?
Nu leef ik zonder jou en dat is zwaar
Zodat ik pijn en veel verdriet ervaar
Liefje, ik zou zo graag weer met je praten
Ik krijg het nu wel heel sterk in de gaten
Jij bent in mijn hart en blijft altijd daar!
HV
Een opgewekt en vriendelijk woord, al duurt het slechts een kort moment
Veroorzaakt golfjes blijdschap ook lang nadat het is gehoord
Golfjes vreugde, hoop en welzijn die je nog lang herkent:
De haast niet te bevatten omvang van een vriendelijk woord
(Geïnspireerd door: A Pebble, James W. Foley (1874-1939))
Als ‘k in de spiegel kijk
Tanden poets, haren kam
Kijkt hij steevast naar mij,
die oude man
Dat confronterende
Spiegelreflectiebeeld
Waardoor ik denken ga:
wie is dat dan?
Van kleine ontmoetingen
Word ik dankbaar en blij
Dat zijn de grote beloningen
Van kleine ontmoetingen
Zonder plan of bedoelingen
Besef ik de waarde voor mij:
Van kleine ontmoetingen
Word ik dankbaar en blij!
De voordeur is gesloten,
de achterdeur is dicht.
De zijdeur is nog open
en binnen brandt zacht licht.
Gordijnen voor de ramen
met hier en daar een kier.
Zo zitten wij hier samen
en hebben veel plezier.
Terwijl de stormen woeden,
en regen valt op straat,
wil ik naar boven spoeden
waar ‘t bed te wachten staat.
Hier onder warme dekens,
als in een veilig nest,
vervagen levenstekens
wij slapen, opperbest!