De gele zomerzon
Verwarmt mijn huid
De lucht is blauw
Mijn kloppend rode hart,
Mijn lieve lief,
Wordt verwarmd door jou
Ik droeg mijzelf
Het leven door
Jong en sterk
In lijf en leden
Mijn last werd zwaar
Mijn lijf en leden moe
Mijn lichaam maakt bezwaar
Mijn ogen vallen toe
Ik werkte hard
Mijn hele wezen moe
Het hoeft niet meer
Die taak is nu volbracht
Leven mag ik nu
Zoals een rivier
Die door zijn bedding stroomt
Gedragen door het leven
Zittend bij de plas
Hondenspel, plonzend water
Geluid van stilte
Geluid van stilte
Balsem voor mijn ziel
Zelfs mijn gedachten
Rusten nu
De Tao van niet-doen
Zonlicht op water
Schitterende rimpeling
Herfstweerspiegeling
IJle kinderstem
En nog één, hoor ik daarginds
Een zonnige dag.
Ze lagen samen in de tent
De lucht was grauw
De wereld koud en donker
Zij waren samen in de tent
Gelukkig
Het gras was nat, de lucht benauwd
Hun ledematen koud
De wereld koud en donker
Zij waren samen in de tent
Gelukkig
Het hout werd nat, het vuur ging uit
Het eten rauw en koud
De wereld koud en donker
Zij waren samen in de tent
Gelukkig
De reis terug, vermoeiend lang
Hierbinnen brandt het licht
En buiten wordt het donker
Ze zijn weer thuis, niet meer in de tent
Gelukkig!
Ik heb mijn gekwetste kind
gekust en verborgen
achter een pantser van goud
Dat voelt veilig